Je kindje laten buitenspelen is gezond!
Voor het eerst zand in de handjes of gras onder de blote voeten… Buitenspelen biedt je kind volop de mogelijkheid om in contact te komen met nieuwe ervaringen en stoffen. Niet alleen met gras en dieren, maar ook met zand en water.
Eigen gang laten gaan
Vanaf 6 maanden heeft je kindje de behoefte om nieuwe dingen te ontdekken en zijn wereld te vergroten. Dat kan niet alleen binnen, maar ook buiten. Probeer je kindje buiten de ruimte te geven om zijn eigen gang te gaan. Natuurlijk blijf je in de buurt en houd je een oogje in het zeil. Zo kun je op tijd ingrijpen, mocht dat nodig zijn.
Een uitje voor je kind
Voor kleine kinderen is je eigen tuin of een park om de hoek al een hele belevenis. Ook als je kindje nog niet kan lopen, kan hij uren zoet zijn met slakjes en spinnetjes bekijken, rommelen met zand en water of porren met een takje in de grond. Ook een speeltuintje is een uitje voor je kind. Daar kan het samen met andere kindjes spelen in de zandbak of wippen op een wipkip. Iets oudere kinderen vinden het vaak heerlijk om te klimmen en te klauteren of te springen in plassen.
Ook bij slecht weer
Is het weer wat minder mooi? Ook dan kan je kindje buiten spelen. Het is zelfs goed voor de weerstand: zo leert het immuunsysteem van je kindje omgaan met wind, kou en water.
Vitamine D helpt de weerstand
De frisse buitenlucht is gezond voor je kind. Buiten maakt het lichaam namelijk vitamine D aan, vooral in de lente en zomer. Dat is niet alleen belangrijk voor de opbouw van sterke botten. Vitamine D heeft ook een positieve invloed op het immuunsysteem van je kind. Zorg daarom dat je kindje dagelijks minimaal een kwartier of half uur buiten komt. Daarnaast adviseert de Gezondheidsraad ook dagelijkse extra vitamine D tot de 4e verjaardag van je kindje.
Tips om samen buiten te doen
- Graven in zand en kliederen met water.
- Materialen verzamelen uit de natuur – bladeren, takjes, eikels en dennenappels. Maak er thuis samen een kunstwerk van of gebruik ze voor een tastbox.
- Heel veel bladeren in de lucht gooien (en proberen ze te vangen).
- Een bezoek aan een kinderboerderij
- Stokjes tegen elkaar aan tikken of met een stokje in de grond wroeten.
- Een bal van een heuvel laten rollen.