4 feiten over de weerstand van je kindje
1. Het duurt langer dan 5 jaar voor het immuunsysteem van je baby op volle sterkte is
Een deel van de weerstand is al klaar bij de geboorte: het aangeboren deel. Een ander deel van de weerstand moet zich nog ontwikkelen; het aangeleerde deel. Bij een volwassene is dit deel al helemaal ontwikkeld. Je kindje heeft tijd nodig om de weerstand op te bouwen. Lees hier 10 tips om de weerstand van je kindje te ondersteunen.
2. Ziek zijn is geen teken van een slechte weerstand
Het betekent juist dat de weerstand zich volop aan het ontwikkelen is. Bij de geboorte kreeg je baby antistoffen van jou mee, maar na 4 tot 6 maanden zijn de antistoffen die je kleintje meekreeg bij de bevalling uitgewerkt. Het immuunsysteem van je kindje moet zelf leren om antistoffen aan te maken. Op deze manier ontwikkelt het immuunsysteem van je baby zich. Dit komt doordat het immuunsysteem een geheugen heeft; het weet nu wanneer het in actie moet komen wanneer nodig.
3. Contact met de buitenwereld is nodig om een goede weerstand op te bouwen
Zo leert het immuunsysteem van je kindje schadelijke en onschuldige stoffen te herkennen. Alleen bij schadelijke stoffen moet het immuunsysteem in actie komen. Lees er hier meer over.
4. 70% van de weerstand zit in de darmen
En dat is maar goed ook! Want veel vreemde stoffen komen via de mond in de buik van je kindje terecht. De darmen helpen het immuunsysteem de onschuldige stoffen van de ziekteverwekkers te onderscheiden.
KOAG/KAG - nr. 379-0421-7763